De eerste steenkolen in de mijn van Eisden (Charbonnage Limbourg-Meuse) komen naar boven in 1922 maar in 1923 worden de eerste kolen verkocht. De concessie Sainte-Barbe – 2170 hectare – was op donderdag 29 november 1906 toegekend en op dinsdag 20 mei 1919 samengevoegd met de concessie Guillaume Lambert van 2740 hectare, in totaal 4910 hectare en later uitgebreid tot 5408 hectare.

Er waren drie verdiepen : 600 – 700 en 780

Van 1923 tot 1950 werd steenkool gewonnen tussen 500 en 600 meter diepte en van 1950 tot 1965 tussen 600 en 700 meter diepte. Vanaf het begin van de zeventiger jaren is men steenkool gaan ontginnen beneden 780 meter. Met “afgaande steengangen” is men naar de dieper gelegen lagen gegaan om deze te ontginnen.

In 1955 werd een maximale tewerkstelling bereikt van 7340 mijnwerkers. De totale productie bedroeg 73.191.000 ton. 1957 was het topjaar met een productie van 1.883.420 ton. De mijn is gesloten op vrijdag 18 december 1987. De laatste dagproductie was in pijler 0789 ( die lag beneden 780 ). Althans dit was de officiële sluitingsdatum maar de mijn is open gebleven tot in het voorjaar van 1988, want na de stopzetting van de steenkoolproductie moesten de galerijen worden afgedamd en ook het water moest steeds naar boven worden gepompt zolang als er mijnwerkers benedengronds waren. In de 64 jaar dat de mijn in productie is geweest zijn er 282 mijnwerkers verongelukt.

Enkele maanden voor de sluiting in 1987 heeft fotograaf Eddy Daniels deze foto genomen

Van mijn ex-collega Eduard Slootmaekers kreeg ik deze foto’s.

Van mijn ex-collega Ronald Tluk kreeg ik deze foto’s.

Van Frans Biller kreeg ik deze foto.

Met toestemming van fotograaf Kees de Jong heb ik zijn prachtige fotoreportage van de Eisdense schachtbokken mogen gebruiken.